Ansprache an die hohen Amtsträger des Landes
Der Premierminister und S. M. der König haben heute ihre traditionelle Ansprache an die hohen Amtsträger des Landes gehalten. Wegen Corona verfolgten die Gäste die Rede per Videokonferenz. Im Königlichen Palast von Brüssel waren aber 40 Schülerinnen und Schüler der Abschlussklasse der Sekundarstufe anwesend, die für den Premierminister eine junge Generation repräsentieren, die mitdenken und die Gesellschaft weiterentwickeln will. Lesen Sie die gesamte Rede des Premierministers hier.
Alleen het gesproken woord telt – Le prononcé fait foi
Sire,
Dames en heren,
Beste jongeren – want ik wil jullie in het bijzonder welkom heten.
Toen de Koning voorstelde om vandaag laatstejaars van het middelbaar uit te nodigen, was ik meteen enthousiast. Want alle keuzes die we vandaag maken hebben een rechtstreekse impact op jullie toekomst. Jullie staan symbool voor een jonge generatie die staat te trappelen om mee te denken en mee te bouwen.
Dertig jaar geleden, toen ik ongeveer jullie leeftijd had, leek het alsof de wereld een pak eenvoudiger was. De Berlijnse Muur was gevallen. Het was de tijd van technologische revoluties als de eerste gsm en het internet. We keken allemaal reikhalzend uit naar het nieuwe Millennium. Voor mij was het duidelijk: mijn generatie zou het beter hebben dan die van mijn ouders. Wij konden alles aan.
Dié vooruitgangsgedachte is vandaag veel kwetsbaarder. Onze wereld is anno 2022 voor veel mensen een bron van onzekerheid.
De coronacrisis – onze zwaarste beproeving sinds de Tweede Wereldoorlog – de klimaatverandering, de digitale revolutie, energie, zware spanningen aan de grenzen van Europa. Stuk voor stuk, vraagstukken die een rechtstreekse impact hebben op ons leven en ons geloof in vooruitgang. Het geloof dat we ons lot in eigen handen hebben. Het is onze rol, onze opdracht om dat geloof te herstellen. Met een aanpak die mensen sterker maakt en onze openheid verzoent met het beter beschermen van mensen.
Sire,
Mesdames et Messieurs,
La crise du coronavirus a été une période particulièrement éprouvante, certainement pour les jeunes qui ont cruellement manqué de contacts. Nous espérons tous, petit à petit, pouvoir tourner cette page. Grâce aux vaccins, nous sommes en train de reconquérir nos libertés.
Mais surtout, n’oublions jamais l’élan de solidarité inouï qui nous a permis de nous entraider dans les moments difficiles; et également d'éviter des dizaines de milliers de licenciements et de faillites.
La facture d’énergie atteint des sommets. Elle est aujourd’hui aussi source d’inquiétudes. C'est la raison pour laquelle le gouvernement fédéral a déjà libéré plus d'un milliard d'euros pour protéger les citoyens les plus vulnérables. Nous nous efforçons également de soutenir le pouvoir d'achat de la classe moyenne. En terme d’accès à l'énergie, mais aussi en rendant le travail plus rémunérateur et en utilisant pleinement le mécanisme d'indexation.
Notre futur, nous nous y attelons.
En réalisant des pas de géant dans la production d'énergie éolienne en mer du Nord. Grâce au savoir-faire belge, nous installons aujourd'hui en mer des éoliennes d'une capacité d’une fois et demie supérieure à ce que nous avions pu penser. L'objectif est de fournir à toutes les familles belges de l'énergie verte à un prix très accessible, en provenance de la mer du Nord d'ici 2030.
Il y a trente ans, un tel objectif n’était tout simplement pas imaginable.
Même si nous avions voulu remplir la mer du Nord d'éoliennes nous n’y serions pas parvenus.
Il y a trente ans, sans la technologie d’aujourd’hui, nous serions toujours en train d’attendre le premier vaccin contre le coronavirus.
L’heure est donc bien à l’optimisme. Et malgré la hauteur des défis qui se présentent à nous, les possibilités actuelles sont tellement plus vastes qu’il y a trente ans. Si nous travaillons main dans la main, tout est à notre portée.
Mesdames et Messieurs,
Chers jeunes,
Quand j’observe notre pays, je vois aussi du talent, du talent à l’infini.
Partout où j’ai la chance de me rendre, je vois des gens qui s’engagent. Des gens qui consacrent une partie de leur temps aux autres comme bénévoles ou comme aidants proches. Je découvre une jeune génération ambitieuse. J’observe, avec espoir, cette majorité silencieuse qui chaque jour donne le meilleur d'elle-même et fait tourner notre pays.
Sire,
Dames en heren,
Naast al die talenten hebben wij als land nog een tweede kracht. Dat is onze openheid en diversiteit.
Ons land is altijd al een kruispunt van culturen geweest. Dat is vandaag niet anders. Dus wanneer we aan het einde van dit decennium 200 jaar België zullen vieren, vieren we ook 200 jaar Belgische grondwet als baken van vrijheid en openheid. Het is een schitterend document, met afdwingbare rechten en individuele vrijheden. Die rechten en vrijheden staan vandaag wereldwijd onder druk en moeten we kost wat kost verdedigen.
In een woelige wereld is er altijd de valse en verraderlijke verleiding om onze democratie weg te zetten als zwak en besluiteloos. Maar precies onze democratische waarden maken ons sterker. Vrijheid en solidariteit, participatie en pluralisme. Ze zijn de basis van een samenleving waar iedereen meetelt, waar we op een fatsoenlijke manier met mekaar omgaan en samenwerken om iedere keer weer te komen tot ideeën die groter en beter zijn dan wanneer iedereen in zijn of haar hoekje blijft zitten.
Net daarom is het belangrijk om onze samenleving niet te laten kapen door wie het luidst roept, anderen op straat of online intimideert of de boel kort en klein slaat. Rechten en vrijheden zijn er voor iedereen. Voor iedere burger – ook voor zij die het meest kwetsbaar zijn en wiens stem minder luid klinkt, en zeker voor wie zijn eigen naam, Bouba Kalala, moet veranderen naar Yanni Vandenbroeck om toch maar een appartement te kunnen huren.
Dat is niet wie wij zijn. Dat is niet de samenleving waarin we willen leven. En dat is niet waar België voor staat. Ons land staat voor meerstemmigheid. Voor respect en gelijkwaardigheid. Dat is onze traditie en dat is de basis van ons toekomstig succes.
Het is ook de boodschap aan iedereen die van buitenaf onze Westerse waarden en onze democratie wil ondermijnen: wij staan sterker.
Unser Land steht für Mehrstimmigkeit. Für Respekt und Gleichheit.
Das ist unsere Tradition und Grundlage unseres künftigen Erfolgs.
Dies ist auch meine Botschaft an alle, die unsere westlichen Werte und unsere Demokratie von außen untergraben wollen : Wir sind stärker.
Sire,
Dames en heren,
Beste jongeren,
In naam van de regering wens ik u een jaar waarin we elkaar met openheid van geest tegemoet kunnen treden en samen bouwen aan die belofte van vooruitgang. Met een aanpak die onze openheid verzoent met het beter beschermen van mensen.
Sire,
Mesdames et Messieurs,
Chers jeunes,
Au nom du gouvernement, je vous souhaite une année remplie de belles rencontres ; de discussions l’esprit ouvert. Que cette année nous permette de bâtir ensemble sur cette promesse de progrès. En alliant notre ouverture au monde avec une meilleure protection de chacune et chacun.
Sire,
Meine Damen und Herren,
Liebe Jungendliche,
im Namen der Regierung wünsche ich Ihnen ein Jahr, in dem wir uns mit offenem Geist begegnen und gemeinsam auf diesem Versprechen des Fortschritts aufbauen. Mit einem Ansatz, der unsere Offenheit mit dem besseren Schutz von Menschen in Einklang bringt.